Logo VHM ABC

Lampropeltis getulus getulus (Oostelijke koningsslang)

 lapmgg

Herkomst: Zuid-Oost Amerika
Lengte: 90-120 centimeter 
Leeftijd: 12-18 jaar
De Oostelijke koningsslang is een koningsslangen soort die ten oosten van de rocky mountains  voor komt. De beschubbing van deze soort is glad en glimmend. De basiskleur is geel met zwart. De meest zuidelijke soort is rood met zwart tot helemaal rood. Mannetjes van deze soort hebben een dikkere staartwortel en een langere staart dan de vrouwtjes

Verzorging
Ervaring:
 Gemiddelde/ervaren slangenhouder
Voedsel: Levende of dode prooidieren (jonge muizen, volwassen muizen en baby ratten).
Voeren volwassen: 
Om de 7 á 10 dagen.
Voeren jong: Om de 4 á 6 dagen
Waterbak: Ja
Water verversen: 3 keer in de week
Voeding
De Oostelijke koningsslang is net als andere koningsslangen een echte wurgslang, hij kan dus ook prooien groter dan zijn kop opeten. Let op dat u niet te grote prooien voort. Vaak worden deze niet geaccepteerd en mochten deze wel geaccepteerd worden kunnen deze uitgespuugd worden waarna een dier soms weken niet wil eten. Daarom is het het beste om de slang te voeren met (meerdere) kleine prooien die dikker zijn als het dikste deel van het lichaam van de slang. In het wild eten ze andere reptielen en kleine knaagdieren. In gevangenschap valt dit dieet prima na te bootsen met alleen knaagdieren. Het is aan te raden deze dood aan te bieden. Dit is namelijk praktischer en voorkomt dat de voederdieren uw slang verwonden. Wij adviseren om de voederdieren met een voedertang aan te bieden en uw slang buiten het verblijf te voeren. Dit heeft namelijk het voordeel dat uw hand niet geassocieerd wordt met voedsel.

Indien u toch voor levend voedsel gaat, moet u toezicht houden tijdens het voeren. Als u de Oostelijke koningsslang samenhoudt met andere dieren, zal u ze uit elkaar moeten halen voor het voeren, het wil namelijk nog wel eens gebeuren dat de slangen elkaar verwonden tijdens het voeren.

In gevangenschap kunnen Oostelijke koningsslangen aan obesitas gaan lijden, daarom is het van belang dat u uw slang met enige regelmaat weegt en het voeren daarop aanpast. Obesitas gaat namelijk gepaard met verschillende andere ziektes en gezondheidsproblemen.

Water
Het is goed om voor uw Oostelijke koningsslang water ter beschikking te hebben. Dit niet alleen om van te drinken, maar ook om in te baden. Om dit toe te laten moet de waterbak groot genoeg zijn voor de slang om er met zijn hele lichaam in te kunnen liggen en liever zelf nog iets groter.

Schoonmaak
Om uw slang gezond te houden is een hygiënische leefomgeving van belang. Om dit voor elkaar te krijgen zal het verblijf met regelmaat schoongemaakt moeten worden. Een keer per week schoonmaken is regelmatig genoeg. Daarbij moet om de opbouw van bacteriën te voorkomen een paar keer per jaar het hele verblijf schoongemaakt en ontsmet worden.

Hanteren
Om de Oostelijke koningsslang te voeren en het verblijf schoon te maken kan het handig zijn om uw slang te hanteren. Dit moet natuurlijk goed gedaan worden, zodat de slang en u veilig zijn. Hanteer de slang met een slangenhaak of til hem met twee handen op. Hang uw slang niet om uw nek, omdat als de slang valt die zich straks zal klemmen om uw nek.  Daarnaast zijn er nog wat belangrijke dingen waar je moet opletten als u een Oostelijke koningsslang hanteert. Zorg er als eerst voor dat uw slang door heeft dat je hem gaat hanteren en beweeg rustig als u hem hanteert. Zorg er ook voor dat uw handen gewassen zijn en niet naar voer ruiken. Tot slot: hanteer uw slang niet wanneer die aan het vervellen is en hanteer hem niet in het donker.

Huisvesting
Minimale grootte verblijf voor 1 slang: 
120 x 40 x 60 cm
Lig oppervlakte: 1m2.
Dagtemperatuur: 25-30oC 
Nachttemperatuur: 
20-24oC
Uren licht: 12 uur
Bodembedekking: Kranten, cocopeat, schors of turfstrooisel

Inrichting
De Oostelijke koningsslang heeft geen gigantisch verblijf nodig. De waterbak moet groot genoeg zijn voor de slang om in te badderen. Zorg er ook voor dat deze waterbak stevig staat zodat ze hem niet kunnen omstoten. Als laatst moet de slang de mogelijkheid krijgen om weg te kunnen trekken. Dit kan je voor elkaar krijgen door de slang schuilmogelijkheden te bieden in de vorm van een omgekeerde bloempot of een kunstmatige grot. 
Voor het verblijf zijn er nog wat extra dingen waarop gelet moet worden. De Oostelijke koningsslang is bijvoorbeeld best goed in ontsnappen en er zal gezorgd moeten worden dat ze niet zomaar hun deur open kunnen maken. Dit kan je doen door een slotje op het verblijf te zetten. Daarbij is er ventilatie nodig om de lucht vers te houden en is het aan te raden het verblijf uit de felle zon en zo trillingvrij mogelijk neer te zetten.

Gedrag
Jaagwijze: 
Wurgslang
Levenswijze: 
Grond bewonend
Karakter
De meeste Oostelijke koningsslangen liggen graag verborgen, maar komen wanneer ze honger hebben graag naar buiten om actief naar voedsel te zoeken.
Punten van aandacht
De Oostelijke koningsslang is in staat prooien groter dan zijn hoofd op te eten. Voor een grote slang kunnen dit zelfs andere huisdieren zijn (bijvoorbeeld cavia’s). Laat daarom nooit uw slang alleen met andere huisdieren. Zet jonge dieren ook altijd apart, omdat zij vaak kannibalistisch gedrag kunnen vertonen.

Kosten en Aankoop
Wetgeving:
 Voor het bezitten van deze slang heeft u geen CITES- of overdrachtspapieren nodig.
Eenmalige kosten: Hieronder vallen de kosten voor het verblijf, verlichting, verwarming, waterbak en decoratie. Dit kan bij elkaar een paar honderd euro kosten tot een paar duizend euro. Het uiteindelijke bedrag ligt aan de kwaliteit en grootte van de producten.
Vaste kosten: 
Onder vaste kosten vallen de kosten voor het voer, dit is per jaar enkele tientallen euro’s.
Onverwachte kosten:
 Er zijn kosten gebaard wanneer uw slang toevallig ziek wordt of uw apparatuur kapotgaat.

Leeftijd: Rond de 25 jaar

Herkomst: Zuidoost-Azië

Lengte: 3 tot 5 meter

Verzorging
Ervaring: 
Gevorderde slangenhouder
Voedsel: Levende of dode prooidieren
Voeren volwassene: 
Om de 7 a 14 dagen

Voeren jong: 3 keer in de week
Waterbak: Ja
Water verversen: 3 keer in de week

Voeding
Er is de keus om de prooidieren levend of dood aan te bieden. Het is aan te raden om dood voer aan te bieden. Dit is namelijk praktischer en voorkomt dat het voedseldier uw slang verwondt. Daarbij is het geadviseerd om het voedseldier aan te bieden met een voedertang en uw slang te voeren buiten het verblijf. Dit zorgt er namelijk voor dat uw hand niet geassocieerd wordt met voedsel en voorkomt dat uw slang naar uw hand grijpt tijdens het voeren. Indien u toch voor levend voedsel gaat, moet u toezicht houden tijdens het voeren. Het prooidier kan namelijk ook de slang verwonden. Voer de python apart, dit omdat wanneer twee slangen dezelfde prooi pakken zij elkaar kunnen verwonden en soms zelf elkaar kunnen opeten. Het ideale prooidier is ongeveer even wijd als het wijdste gedeelte van de slang.

Water
De Tijgerpython is net als andere Pythons een echte liefhebber van water. Naast het te drinken baden zij er ook in. De waterbak moet daarom groot genoeg zijn voor de slang om er met zijn hele lichaam in te kunnen badderen. Dit badderen kan ervoor zorgen dat het water vies wordt, daarom is het niet erg als het water vaker dan 3 keer per week ververst wordt.


Schoonmaak

Om ziektes en bacterieophoping te voorkomen moet het verblijf schoongehouden worden. Dit kan door wekelijks dit te doen, daarnaast is het verstandig om een paar keer per jaar het verblijf grondig schoon te maken en te ontsmetten. Hierdoor voorkom je de opbouw van bacteriën. Let bij het schoonmaken op dat je ook de klimtakken en verhogingen schoonmaakt.


Hanteren

Wanneer het dier regelmatig gehanteerd wordt zal het dier door gewenning rustiger worden. Gezien de grootte van dit soort is het verstandig om individuen langer dan 2,5 meter niet in je eentje te hanteren. Hanteer de slang met een slangenhaak of til het met twee handen op. Hang uw slang niet om u nek, omdat als de slang valt die zich straks zal klemmen om uw nek.  Daarnaast zijn er nog wat belangrijke dingen waar je moet opletten als u een netpython hanteert. Zorg er als eerst voor dat uw slang door heeft dat je hem gaat hanteren en beweeg rustig als u hem hanteert. Zorg er ook voor dat uw handen gewassen zijn en niet naar voer ruikt. Tot slot: hanteer uw slang niet wanneer die aan het vervellen is en hanteer hem niet in het donker.

Huisvesting
Minimale grootte verblijf voor 1 slang: 
3x1x1 meter
Lig oppervlakte: 0,75m2 met minimaal één verhoogde ligplank per slang waar de slang op kan liggen.
Dagtemperatuur: 27-35 graden Celsius
Nachttemperatuur:
25-28 graden Celsius

Uren licht: 12 uur per dag

Vochtigheidsgraad: 65-80%
Bodembedekking: Schors, turfstrooisel of coco-peat

Inrichting

In het verblijf worden klimtakken op prijs gesteld, verder vinden ze het fijn om op hoogte een ligplank te hebben. Van belang is ook dat het dier zich altijd kan verstoppen, zorg er dus voor dat er een schuilplaats is waar het dier in zijn geheel in past. Verder is een groot watergedeelte nodig waar de python in zijn geheel in kan liggen om te baden.

Gedrag
Jaagwijze:
Wurgslang
Levenswijze: semi-aboreal en nachtactief
Karakter
Kalme dieren die meestal goed gehumeurd zijn. Dit maakt ze makkelijk hanteerbaar en prima huisdieren. Jonge exemplaren kunnen defensief zijn.


Punten van aandacht 
De Tijgerpython is een wurgslang en kan prooien groter dan zijn hoofd opeten. Hou er daarom rekening mee dat u hem niet alleen laat met kleine kinderen of huisdieren. Dit omdat hij deze ook voor prooi aan kan zien.

Kosten en Aankoop
Wetgeving:
 Dit soort valt onder CITES II, voor het bezitten van deze slang heb je CITES- of overdrachtspapieren nodig. Deze hoor je bij de aankoop te krijgen
Eenmalige kosten: Hieronder vallen de kosten voor het verblijf, verlichting, verwarming, waterbak en decoratie. Dit kan bij elkaar een paar honderd euro kosten tot een paar duizend euro. Het uiteindelijke bedrag ligt aan de kwaliteit en grootte van de producten.
Vaste kosten: 
Onder vaste kosten vallen de kosten voor het voer, dit is per jaar enkele tientallen euro’s.
Onverwachte kosten:
 Er zijn kosten gebaard wanneer uw slang toevallig ziek wordt of uw apparatuur kapotgaat.