Pachyuromys duprasi (Dikstaartgerbil)

Herkomst: Noordelijke Sahara. (Noordwestelijk Egypte, Libië, Tunesië en Algerije)
Lengte: ongeveer 10 cm (exclusief staart van 5 cm lang)
Leeftijd: 3 tot 5 jaar in gevangenschap.
Dikstaartgerbils zijn leuke kleine knaagdieren met een zachte, pluizige vacht. Het zijn kalme beestjes die goed te hanteren zijn. Ze zullen niet snel bijten en blijven kalm bij u zitten. Aangezien dikstaartgerbils solitaire dieren zijn, zijn ze prima alleen te houden en dus makkelijk voor mensen die niet te veel huisdieren willen.

Verzorging
Ervaring: geen.
Voeren: Er bestaat speciaal Gerbil voer. Als dit echter niet te vinden is in een dierenwinkel in de buurt is gewoon knaagdierenvoer ook prima.
En als extra zijn dierlijke eiwitten erg belangrijk (dit kan doormiddel van meelwormen, krekels, motten en andere insecten, simpele honden en kattenbrokken zijn ook prima). Geef hier echter niet te veel van.
Ook is één of twee keer groente en fruit per week prima om te doen. Geef alleen niet te veel, omdat de gerbil slecht om kan gaan met groente en fruit met een te hoog vochtgehalte.
Takken en twijgen zijn goed als aanvulling op het basisvoer. Zeker in de winter. Er zitten veel vitaminen in en het is goed voor hun tanden, aangezien deze hun hele leven blijven groeien. Geef ze echter alleen takken van fruitbomen, wilgen, hazelaars, berken en esdoorns.
Hooi is ook goed voor de dikstaartgerbil. Zowel voor voeding, omdat het veel vezels bevat, en als nestmateriaal.
Waterbak: Niet vereist
Waterflesje: Ja
Water verversen: Iedere dag

Voeding: Er moet een stevig voerbakje aanwezig zijn in de kooi. Let hierbij er wel op dat de dieren tijdens het graven niet te veel bodembedekking in het voer kunnen gooien. Zet het bijvoorbeeld iets hoger in het hok op een plateautje. Voor het water kunt u een fles met een metalen nippel ophangen. In plaats van de fles kan ook een drinkbakje worden geplaatst.

Water: Als u wel een waterbakje plaatst, zorg dan dat deze hoog staat. Anders bedekken ze het met bodembedekking tijdens het graven.

Schoonmaak: Eens in de twee weken grondig schoonmaken is vaak voldoende. Dit omdat de gerbils weinig urine produceren. Voor de dieren is het prettig als u om de week de helft van de bodembedekking verschoont. Zo verdwijnt niet op eens de vertrouwde geur.
Let er wel op dat u iedere dag de restjes voer verwijdert (zeker de verse producten, zoals groenten en fruit) zodat het niet gaat beschimmelen.
Het kan schelen als u regelmatig de eventuele natte en vieze bodembedekking uit het hok haalt.
Elke paar dagen moet u het zandbad verschonen.

Hanteren: Om het hok te verschonen moet de gerbil gehanteerd worden. Natuurlijk moet dit goed gebeuren, zodat alles veilig gebeurt. Zorg allereerst dat u uw handen hebt gewassen. Dikstaartgerbils kunnen namelijk agressief reageren als ze andere dieren of eten ruiken. Zorg wel dat u uw handen niet wast met geurende zeep. De dieren zijn namelijk erg gevoelig voor geurtjes en kunnen dan gaan bijten.
Dikstaartgerbils zijn goed tam te krijgen en zijn makkelijk te hanteren. Belangrijk is dat u het dier niet aan de staart oppakt. Deze kan namelijk makkelijk beschadigen.
Een gerbil kan opgepakt worden door deze op de hand te laten lopen of deze op te scheppen met de hand. Ook kunt u hem in een doosje laten lopen. Pak het dier niet onverwachts van boven af op.
Eenmaal op de hand blijft het dier rustig zitten.

Huisvesting
Minimale grootte verblijf voor 1 Gerbil: 80 x 40 x 40cm.
temperatuur: tussen de 24 en 28 graden.
Uren licht: 12 uur.

Bodembedekking: een 20 cm dikke laag van knaagdierbedding. Dit kan hennep, vlas of andere stofvrije zaagselsoorten. Het kan handig zijn om het te mengen met hooi of stro, omdat dit de gegraven gangen beter in stand houdt. (Let op: Gebruik geen naaldhout of ceder schaafsel aangezien knaagdieren hier vaak allergisch voor zijn en ademhalingsproblemen van kunnen krijgen.)

Inrichting:
In het hok kunt u verschillende buizen van steen of karton plaatsen. Deze kunnen de dieren gebruiken als gang of als schuilplaats. Zorg ook dat er schuilhuisjes of stenen potten in het hok staan. Zorg dat alles niet verzakt als de gerbil gaat graven.
Gerbils hebben ook een zandbad nodig om zichzelf schoon te houden. Hiervoor kun je een stevige schaal met chinchillazand gebruiken. Zet deze schaal het liefst iets hoger op (net als het voer- en waterbakje) zodat hij deze niet vol met zaagsel kan gooien.
Zorg wel dat er een geleidelijke helling/loopplank naar de verhoging is, aangezien gerbils niet zo van het klimmen en springen zijn.
Speelgoed, karton en buizen zorgen dat uw gerbil wat te doen heeft en zich niet verveelt. Gebruik geen plastic. Dit kan aangeknaagd worden en als ze dit inslikken kunnen ze gewond raken.
Ook kunt u een looprad aanbieden. Zorg dan wel dat deze gesloten is (zonder spaken) en dat de standaard aan de dichte kant van het rad staat. Ook moet het rad niet te klein zijn. 16 cm is een maat die aan te raden is.

Gedrag

Levenswijze: Schemeractief. Maar kan zich aanpassen om dagactief te zijn.

Karakter:
Dikstaartgerbils zijn rustige dieren. Als u het dier op de hand hebt zitten zal deze niet veel interesse tonen in de omgeving en weinig pogingen doen om te ontsnappen. Ze zijn niet zo nieuwsgierig als de Mongoolse hamster, maar vertonen eerder vergelijkbaar gedrag als de Syrische hamster.
Dikstaartgerbils zijn veel bezig met de vachtverzorging en het wassen van het gezicht. Ook vinden ze het geweldig om rond te rennen of een zandbad te nemen.

Punten van aandacht:
Dikstaartgerbils zijn solitaire dieren. Dit houdt in dat ze het liefst alleen zitten. Als u dus wel een groep dieren heeft, moet u goed in de gaten houden of de dieren niet (te vaak) vechten en dat er geen verwondingen ontstaan. Als dit wel gebeurt, moet u zo snel mogelijk de dieren scheiden.

Kosten en Aankoop

Wetgeving: Voor de dikstaartgerbil zijn geen vergunningen nodig.
Eenmalige kosten: Hieronder vallen de kosten voor het verblijft, de verlichting/warmtelamp, het waterflesje, voerbak en decoratie. Dit kan enkele honderden euro’s kosten. Het echte bedrag is afhankelijk van de kwaliteit en grootte van de producten.
Vaste kosten: Onder vaste kosten verstaan we de kosten voor het voer. Dit is per jaar enkele tientallen euro’s.
Onverwachte kosten: Er kunnen onverwachte kosten bijkomen, zoals bijvoorbeeld de kosten van de dierenarts mocht het dier ziek worden.