Herkomst: Afrika, Azië en Australië

Grootte: 7-14 cm groot

Leeftijd: Verschilt per soort. De meeste soorten soorten gemiddeld 5 jaar. 

Uiterlijk: De meeste soorten hebben heldere kleuren en mooie aftekeningen. Welke kleuren en wat voor aftekeningen precies, verschilt erg per soort.

Geslachtsonderscheid: Dit is bij een aantal soorten goed te zien door het kleurverschil en aftekeningen, ook verschilt het gedrag tijdens broedseizoen. Maar mocht u het geslacht zeker willen weten zou er een DNA-onderzoek gedaan moeten worden.

Verzorging

Ervaring: De volgende soorten zijn geschikt voor beginners: zebravink, Japans meeuwtje, oranjekaakje, bandvink en zilverbekje. Voor de andere prachtvinken is er ervaring met volière vogels nodig. 

Voedsel: zaden(tropisch zaden mengsel), eivoer/krachtvoer, pallets, groenvoer, trosgierst (niet te veel in 1 keer), insecten, maagkiezel en grit

Waterbak: ja

Water verversen: dagelijks

Voeding: De voeding verschilt per soort, alle soorten die onder deze groep (Estrildidea) vallen mogen het bovenstaande. Het verschil is dat onder andere de nigrita soorten(bosastrilden) en de parmoptilla soorten (mierenpikkers) en nog een aantal andere voorkeur voor insecten hebben. De insecten kunt u levend, gedroogd of uit de vriezer geven. Insecten uit de vriezer moeten ontdooit zijn bij het voeren.

Mocht u er voor kiezen om zaden te geven, dan word er geadviseerd om er ook pallets bij te doen. De vogels eten namelijk selectief, waardoor ze een tekort aan bepaalde voedingsstoffen kunnen krijgen.  Van trosgierst mogen ze niet te veel krijgen, omdat dit dikmakend is. Maagkiezel is nodig voor het verteren van de zaden (ze eten hier niet veel van. Bied het aan, de vogels eten zelf hoeveel ze nodig hebben.). Grit bevat mineralen die de vogels ook nodig zijn om gezond te kunnen blijven. Het eivoer moet 2 tot 3 keer per week geven worden in kleine porties. Mochten de dieren eieren gaan leggen is het nodig om vaker eivoer te geven als ondersteuning.

Schoonmaak:

Vervang dagelijks het water.

Hoevaak u het verblijf moet schoonmaken, ligt aan de grootte van het verblijf en de hoeveelheid vogels. Maak de zitstok schoon, ververs de bodembedekking volledig en maak het waterbakje goed schoon.

Hanteren: Mocht u de vogel hanteren dan is het belangrijk dat u tijdens het vangen rustig blijft. Voor het vangen zelf word aangeraden om een netje met een korte steel te gebruiken of een theedoek. Zodra u de vogel beet heeft is het belangrijk om de vogel bij het kopje voorzichtig beet te houden met duim en wijsvinger of middelvinger en wijsvinger en de rug van de vogel in uw handpalm te houden. Bedek de borst en buik van het dier niet, dan kan deze oververhit raken. Hou het dier niet op de kop of op zijn rug.

Huisvesting

Minimale grootte verblijf: voor een koppel 80x40x40 cm, groter is altijd beter. Per koppel extra komt er 25-50% grondoppervlak bij. De dieren moeten hiernaast ruimte hebben om te vliegen. Voor grotere prachtvinken is het vereiste voor een koppel een minimum van 120x40x50 cm. In beide gevallen is het nodig om een nacht verblijf te hebben. Voor de kleinere prachtvinken is er een nachtverblijf van minimaal 1 vierkante meter goed. Hier kunnen maximaal 15 vogels in. Het nachthok moet vocht- en tochtvrij zijn.

Temperatuur: Een aantal soorten, zoals zebravinken, kunnen prima buiten leven in Nederland. Andere vogels zoals de bichenowastrilde (Taeniopygia bichenovii), hebben een hogere omgevingstemperatuur nodig. Bij dit soort dieren word het aangeraden om ze in iedergeval in de winter binnen te houden.

Uren licht:  12 uur daglicht, in het broedseizoen tot 14 uur

Bodembedekking: Op de bodem van een buitenvolière kunt u bijvoorbeeld droog metselzand of beukensnippers gebruiken. Bij een huiskamervolière kunt u kiezen voor bijvoorbeeld beukensnippers, schelpenzand of bodemmateriaal uit mais.

Inrichting: Zorg voor meerdere zitstokken, een waterbadje, schuilmogelijkheden en planten. In het broedseizoen hebben de prachtvinken daarnaast behoefte aan een nestkastje.

Gedrag

Levenswijze: over het algemeen zijn prachtvinken groepsdieren en moeten zij in koppels of groepen leven. Enkele papegaaiamedines leven solitair buiten het broedseizoen om of met andere vogelsoorten.

Karakter: Prachtvinken zijn gevoelige dieren en schieten dus snel in de stress. Zij reageren echter niet met agressie. Een aantal van deze soorten zijn vanuit kweek voortgekomen hierdoor zijn ze relatief tam. De meeste soorten zijn ook vriendelijk tegen elkaar.

Punten van aandacht:

- Hou er rekening mee dat er een kans is dat er een daglichtlamp, verwarming en een omgevingsthermometer nodig kan zijn (de dieren mogen niet direct naast een reguliere verwarming staan). 

Kosten en aankoop

Wetgeving: De olijfastrilde (Amandava formosa), de rijstvogel (Lonchura oryzivora) en de gordelamadine (Poephila cincta cincta) komen voor in CITES bijlage 2. Deze soorten mogen alleen verhandeld worden met een gesloten pootring en een bewijs van herkomst. De andere soorten zijn vrij te houden. Ze mogen echter niet uit het wild worden gevangen en u heeft overdrachtspapieren nodig. Wanneer de dieren een gesloten ring hebben kan er op deze manier bewezen worden dat deze dieren uit gevangenschap komen. 

Eenmalige kosten: De eenmalige kosten bestaan uit de aanschaf van het dier en het verblijf.

Vaste kosten: De vaste jaarlijkse kosten bestaan uit het voer en de bodembedekking.

Onverwachte kosten: Er kunnen kosten bijkomen wanneer uw dier onverwachts ziek wordt.